In het Belgische recht (artikel 21 van de Voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering en artikel 91 van het Strafwetboek) zijn misdaden van genocide, misdaden tegen de mensheid en oorlogsmisdaden onverjaarbaar.
In het internationale recht zijn deze 3 misdaden, alsook de misdaad van agressie eveneens onverjaarbaar.
De niet-toepasselijkheid van verjaring van deze misdaden heeft tot gevolg dat gerechtelijke vervolgingen en het opleggen van de uitvoering van een straf niet vervallen met enkel en alleen het verstrijken van de tijd.
Het Belgische recht voegt zich aldus bij zijn internationale verplichtingen (het verdrag van de Raad van Europa van 25 januari 1974 betreffende de niet-toepasselijkheid van verjaring terzake van misdrijven tegen de menselijkheid en oorlogsmisdrijven en het artikel 29 van het Statuut van Rome van 17 juli 1998).
Deze misdaden zijn ook onverjaarbaar voor het Internationaal Strafgerechtshof.