Sinds 29 december 2019 moeten de gerechtelijke overheden (tenzij er wettelijke uitzonderingen zijn) een beroep doen op deskundigen of vertalers, tolken en vertalers-tolken die zijn opgenomen in het nationaal register voor gerechtsdeskundigen en voor beëdigd vertalers, tolken en vertalers-tolken. 

Andere opdrachtgevers (burgers, administratieve overheden ...) die een beroep willen doen op een gerechtsdeskundige of een beëdigd vertaler/tolk, richten zich ook tot een persoon die in het register is opgenomen. Sinds maart 2022 is het register toegankelijk voor het publiek via Just-on-web.  

Het nationaal register bestaat sinds december 2016. 

Sinds december 2019 regelen de artikelen 555/6 tot en met 556/16 van het Gerechtelijk Wetboek de opname van gerechtsdeskundigen en beëdigd vertalers, tolken en vertalers-tolken in het nationaal register.  

Vanaf 1 december 2022 moeten kandidaturen voor het register voldoen aan de voorwaarden die zijn omschreven in de artikelen 555/8, 555/11, § 6, en 555/13 van het Gerechtelijk Wetboek (zie Opnamevoorwaarden).

De aanvragen tot opname verlopen digitaal via Just-on-web (zie Opnamevoorwaarden).

Opnames in het nationaal register worden gevalideerd na afloop van een procedure waarbij de moraliteit van de kandidaat wordt onderzocht. Er gebeurt ook een controle van de opnamevoorwaarden en een analyse van de competenties. De minister van Justitie of zijn afgevaardigde beslissen om de kandidaat op te nemen op grond van het advies van een aanvaardingscommissie.

Nadat de deskundige of de vertaler/tolk de eed heeft afgelegd voor het hof van beroep van het rechtsgebied van de woonplaats, gebeurt de validatie in het nationaal register. In de meeste gevallen verloopt dit via een schriftelijke verklaring.

De opname in het register is geldig voor een verlengbare termijn van zes jaar. 

De personen die zijn opgenomen in het nationaal register, moeten:

  • zich ter beschikking stellen van de gerechtelijke overheden die een beroep kunnen doen op hun diensten;
  • zich blijven bijscholen in hun bevoegdheidsdomein (volgens de regels die door de Koning zijn bepaald);
  • de deontologische code naleven die door de Koning is opgesteld (die code bevat minstens de principes van onafhankelijkheid en onpartijdigheid);
  • hun contactgegevens bijwerken zodat de overheden hen kunnen bereiken.