De voogd is onderworpen aan een dubbel toezicht:

Toezicht door de dienst Voogdij:

Dat dagelijks administratief toezicht heeft betrekking op de materiële organisatie van het werk van de voogd. Bijvoorbeeld: nagaan of de voogd nog steeds voldoet aan de erkenningsvoorwaarden, waken over de uniformiteit van de praktijk, …
De dienst Voogdij controleert ook of de voogd op zoek gaat naar een duurzame oplossing overeenkomstig het belang van de minderjarige.

Toezicht door de vrederechter van de verblijfplaats van de minderjarige:

Hij gaat na:

  • of de voogd de goederen van de minderjarige op correcte wijze beheert
  • of de voogd op zoek gaat naar duurzame oplossingen voor de minderjarige

Hij is eveneens bevoegd om te oordelen over geschillen tussen de minderjarige en zijn voogd in geval van problemen met betrekking tot zijn persoon of zijn goederen.

De voogd moet binnen 15 dagen na zijn aanwijzing een eerste verslag bezorgen aan de dienst Voogdij en aan de vrederechter. Tweemaal per jaar moet de voogd de vrederechter een verslag en de dienst Voogdij een kopie bezorgen.

Aan het eind van de voogdij wordt een definitief verslag afgegeven.